Stand van zaken wetgevingstraject
Vaststellingswetten
Sinds vorig jaar maart ligt de eerste vaststellingswet, met daarin de boeken 1 tot en met 6 van het nieuwe wetboek, bij de Tweede Kamer. De behandeling daarvan heeft plaatsgevonden door middel van schriftelijke vragen en de beantwoording daarvan. Dit leverde een nota van meer dan 500 pagina’s op. Daar is op 17 oktober de tweede vaststellingswet, met daarin de boeken 7 en 8 aan toegevoegd. De Raad van State heeft in augustus van dit jaar een positief advies uitgebracht over beide boeken en daarmee was het wetsvoorstel klaar voor aanbieding aan de Tweede Kamer. De Tweede Kamer heeft nu een volledig beeld van de inhoud van de acht boeken waaruit het nieuwe wetboek zal bestaan. Lees meer over dit proces op strafrechtketen.nl
De eerste aanvullingswet is deze zomer in consultatie gegaan, het gaat daarbij om correcties of aanvullingen op de eerste vaststellingswet.
Innovatiewet
De afgelopen twee jaar hebben er vijf pilots plaatsgevonden in het kader van de Innovatiewet Strafvordering. Het ging om de pilots Bevoegdheden hulpofficier, Audiovisuele registratie, Onderzoek aan gegevens na inbeslagneming, Mediation en Prejudiciële vragen. Met deze pilots werd alvast vooruitgelopen op het nieuwe wetboek. Deze pilots hadden een looptijd tot 1 oktober 2024.
Deze pilots zijn recent geëvalueerd. In opdracht van het WODC is onderzocht hoe vaak de regelingen zijn toegepast, of de ontworpen regelingen voldoen of nog moeten worden bijgesteld en wat de uitvoeringsconsequenties zijn. De evaluatierapporten zijn onlangs aan de Tweede Kamer aangeboden. Lees meer over de WODC-evaluatie op strafrechtketen.nl
Met het departement, de politie, de FIOD, de Rechtspraak en andere ketenorganisaties zullen de komende tijd gesprekken worden gevoerd over de bevindingen, conclusies en aanbevelingen in de rapportages. Daarbij zal ook worden gesproken over de eventuele voortzetting van de pilots en de mogelijkheid om de bevoegdheden gedurende de resterende looptijd van de Innovatiewet (tot 1 oktober 2025) te kunnen toepassen. Daarover zal door de bestuurders van de betrokken organisaties een beslissing worden genomen in het BKB+ op 7 november 2024. Deze beslissing zal ten grondslag liggen aan de beleidsreactie op de evaluatie die door de minister en de staatssecretaris aan het parlement wordt aangeboden.