Een jaar na de inwerkingtreding van de Innovatiewet Sv
De vijf pilots van de Innovatiewet Strafvordering zijn in het najaar van 2022 van start gegaan. Deze pilots zijn bedoeld om vooruitlopend op de invoering van het nieuwe Wetboek van Strafvordering alvast een aantal nieuwe onderdelen in de praktijk te testen. Het leerzame eerste jaar zit erop en dat is een mooi moment voor een korte update van de stand van zaken van drie van de vijf pilots. Voor de pilot Mediation vroegen we Arend-Kees Kooij, officier van justitie en teamleider bij AP Oost-Nederland, naar zijn ervaringen.
Update van drie lokale pilots
Er zijn vijf pilotprojecten in het leven geroepen, te weten: de pilot prejudiciële vragen, gegevens na inbeslagneming, audiovisuele registratie (AVR), hulpofficier van justitie en mediation. De eerste twee pilotprojecten worden landelijk aangevlogen en de overige drie pilots zijn lokaal in het land uitgezet. Een update van deze drie lokale pilots wordt hieronder gegeven.
Pilot mediation Lokale pilot in Zeeland-West-Brabant en Oost-Nederland
In de pilot mediation heeft de rechter de optie om mediation in te zetten na de start van de zitting. Verder kan de rechter een zaak beëindigen na een geslaagd mediation-traject door een eindezaaksverklaring uit te spreken. Dat is een nieuwe wettelijke beslissing. Arend-Kees Kooij, officier van justitie en teamleider bij AP Oost-Nederland, legt uit dat het idee van de eindezaaksverklaring is “dat een zaak na geslaagde mediation niet meer inhoudelijk wordt behandeld op zitting, maar direct door de rechter wordt geëindigd.”
De pilot mediation bestaat uit twee deelpilots:
Deelpilot 1: ernstige verkeersdelicten (Zeeland-West-Brabant)
Hier zijn nog geen eindezaaksverklaringen uitgesproken. In deze pilot wordt consistent aangemeld bij het mediationbureau. Tot nu toe gaat het om 32 zaken. Opvallend is dat van deze aanmeldingen 23% tot een overeenkomst heeft geleid, maar niet tot een eindezaaksverklaring. Er wordt nog uitgezocht waar dat precies aan ligt. Mogelijk speelt de ernst van de betreffende zaak en de omvang van de schade daarin een rol.
Deelpilot 2: zaken van minderjarigen en jongvolwassenen (Oost-Nederland)
Tot nu toe zijn alleen zaken van minderjarigen bij de pilot betrokken. Nieuw in deze pilot is dat er vanaf 1 oktober 2023 ook zaken van jongvolwassenen (18 tot en met 22 jaar) aan de pilot zijn toegevoegd.
Inmiddels zijn acht mediation-trajecten afgesloten met een eindezaaksverklaring. Het OM is in één zaak in beroep gegaan tegen die beslissing. Dit beroep is gegrond verklaard, omdat het OM niet had ingestemd met een eindezaaksverklaring en deze instemming is wel nodig om een eindezaaksverklaring te kunnen uitspreken.
"Samen met de Rechtspraak en andere ketenpartners brengen we in kaart of de eindezaaksverklaring toegevoegde waarde heeft"

Arend-Kees Kooij
Officier van justitie en teamleider AP Oost-Nederland

Arend-Kees Kooij
Officier van justitie en teamleider AP Oost-Nederland
"Samen met de Rechtspraak en andere ketenpartners brengen we in kaart of de eindezaaksverklaring toegevoegde waarde heeft"
Arend-Kees deelt graag zijn ervaringen met de pilot over de eindezaaksverklaring bij minderjarigen en adolescenten: “Samen met de rechtspraak en de andere ketenpartners brengen we in kaart of de eindezaaksverklaring toegevoegde waarde heeft. Prima om in de praktijk te beproeven. Maar we zien ook wel wat haken en ogen. Als OM leggen we bij lichte zaken na geslaagde mediation vaak een beleidssepot op als de vergoeding van de schade is geregeld. Dat moeten we vooral blijven doen. We hebben niet voor niks het opportuniteitsbeginsel. Bij echt zware zaken is een eindezaaksverklaring niet passend.
Dan houden we bij de strafeis rekening met geslaagde mediation, maar willen we wel een inhoudelijke behandeling, een schuldvaststelling en een strafoplegging. Het is de vraag hoe groot de grijze categorie, die hier tussenin ligt, is. In die zaken zou de eindezaaksverklaring een oplossing kunnen zijn. Wat we in de praktijk verder veel zien, is dat slachtoffers geen behoefte hebben aan mediation. Vooral als dader en slachtoffer elkaar niet kennen. Tot nu toe is het aantal eindezaaksverklaringen beperkt. Door de uitbreiding naar de categorie jongvolwassenen doen we wellicht meer ervaring op.”
Pilot hulpofficier van justitie Lokale pilot in Oost-Nederland, Rotterdam, FP en Zeeland-West-Brabant
In deze pilot worden de taken van de hulpofficier van justitie uitgebreid met veelvoorkomende lichtere opsporingsbevoegdheden, zoals het vorderen van historische en toekomstige gegevens en het inzetten van een IMSI-catcher.
De aangewezen hulpofficieren van politie en bijzondere opsporingsdiensten hebben vooraf een speciale opleiding gevolgd en worden gecoacht door officieren. Ten behoeve van de evaluatie van deze pilot is een steekproef gedaan: hulpofficieren hebben vorderingen en bijhorende documenten aangeleverd (in totaal 122 vorderingen) die een aantal officieren vervolgens gaan beoordelen. Dit onderdeel van de pilot loopt nog. Uitkomsten vermelden we in een volgende nieuwsbrief.
Pilot AVR Lokale pilot in Noord-Holland en Oost-Nederland
In deze pilot wordt met een nieuwe regeling gewerkt die bepaalt dat een audio(visuele) opname in combinatie met een verkort proces-verbaal geldt als zelfstandig bewijsmiddel. Het kan dan gaan om een opname van een verhoor van een verdachte en camerabeelden van een strafbaar feit. De eerste zaken zijn in eerste aanleg behandeld. In de pilot is vanwege een tegenvallend aantal bruikbare zaken voor de pilot een scope-uitbreiding gedaan. Naast overvallen op gebouwen worden nu ook geweldsdelicten in de openbare ruimte meegenomen. Ook andere type zaken kunnen als pilotzaak worden aangemerkt. Dat kan alleen als er een opname is van het verhoor van een verdachte én camerabeelden van het strafbare feit. Bij uitzondering kan het ook gaan om een zaak waarin er alleen camerabeelden zijn van het verhoor van de verdachte. Voor het versturen van de beelden tussen de ketenpartners is nog geen digitaal systeem beschikbaar en daarom werken we met een tijdelijke oplossing (Secure Transfer van ODC Noord). In de praktijk merken we dat het versturen van grote bestanden niet vlekkeloos verloopt. Desondanks heeft het tijdens de behandeling van zittingen niet tot grote problemen geleid. Een van de doelstellingen van de Innovatiewet-pilots is te ervaren of aanvullend beleid nodig is om ervoor te zorgen dat de nieuwe regelingen in de praktijk goed toepasbaar zijn. Uit de AVR-pilot blijkt dat er behoefte is aan richtlijnen voor het vervagen (blurren) van beelden met het oog op de privacy van onder meer slachtoffers en getuigen. Daarmee zijn we als OM aan de slag. Het andere deel van de pilot AVR is ‘geluidsopname van de zitting’. Deze lokale pilot is per 1 november van start gegaan bij de rechtbank Limburg en het gerechtshof ’s-Hertogenbosch.
Evaluatie
De evaluatie van de pilots wordt in opdracht van het WODC (Wetenschappelijk Onderzoeks- en Documentatiecentrum van het Ministerie van Justitie en Veiligheid) gedaan. De pilots mediation en prejudiciële vragen worden geëvalueerd door een team van de Universiteit Utrecht in samenwerking met de Radboud Universiteit. De andere drie pilots worden geëvalueerd door onderzoeksbureau Dialogic in samenwerking met Bas de Wilde, voormalig universitair hoofddocent Strafrecht. De onderzoekers starten dit najaar met het evaluatieonderzoek. In het najaar van 2024 verschijnt het evaluatierapport, dat dan ook aan de Tweede Kamer zal worden toegezonden. Wil je meer lezen over de pilots rondom de Innovatiewet? Op ZoOM vind je extra informatie en factsheets over de pilots. Check voor meer informatie ook: Innovatiewet Strafvordering | Nieuw Wetboek van Strafvordering | Strafrechtketen.